Het EK 2020 nadert zijn hoogtepunt. Zondag wordt de éne winnaar bekend. Ook zonder onze ‘Orange Manschaft’ is het een spannende ontknoping. Een aantal wedstrijden terug was er collectieve verontwaardiging over de Hongaarse anti-homowetgeving. En ook verontwaardiging over hoe de UEFA daar op zijn beurt weer halfslachtig mee omging.
Dat deed mij denken aan mijn ervaringen als homo-ambassadeur medio jaren ’10 toen we een bijeenkomst hadden gepland voor voetbalclubs met de snoevende titel ‘Alleen Maar Winnaars!’.
De homo-ambassadeurs waren door B&W-gezondenen, ‘mensen met een missie’. Een bijdrage leveren aan de acceptatie van LHBT’ers & diversiteit in de stad. Wij begonnen met het onderwijs. Wij stonden niet voor de klas, maar spraken met de directies van scholen: ‘Hoe is e.e.a. hier geregeld?’ Dat leverde allerlei inzichten en ‘best practices’ op. De toenmalige wethouder heeft er haar voordeel mee gedaan.
Na het onderwijs wilden wij ons richten op de sport. En waarom ook niet: voetbal. Daar was nog wel een wereld te winnen. Dat bleek al bij het maken van afspraken met ‘de grote drie’ uit het betaalde voetbal. In één geval moesten we grof geschut ‘boven over’ inzetten om überhaupt een afspraak te maken. Met vier m/v sterk op gesprek in een glazen vergaderzaal. De rest van het personeel was duidelijk gebriefd: “Er komen zo homo’s, maar allemaal normaal doen s.v.p.!” Het was net niet zo dat ze met de neus tegen de ruiten geplakt stonden, maar de verwachtingen waren hoog gespannen.
Het viel natuurlijk zwaar tegen toen er geen wat nu Martien Meilanden, Paul de Leeuwen of Ellie Lusten zouden zijn, binnenkwamen. Mannen in pak met stropdas en een degelijk geklede vrouwelijke directeur met een respectabele track record. Toen de kou uit de lucht was en er niks opzienbarends te zien was, hadden we een heel goed gesprek.
Wij wilden het aandachtsveld wel breder trekken: niet alleen acceptatie van homo’s, maar van diversiteit in den brede én ook racisme. We spraken af een expertmeeting te doen, in de herfst. De grote drie zouden daar voor bestuursleden van amateurvoetbalclubs laten zien wat zij deden aan projecten: hun ‘best practices’. Datum geprikt, wethouder geregeld, RADAR deed mee en ook de John Blankenstein Foundation zou een bijdrage leveren.
Maar toen we de bijeenkomst verder wilden ‘afwerken’, kregen we te horen dat we ‘een korting op de zaalhuur konden krijgen’. Maar meer ook niet: geen verhaal, geen best practice, geen medewerking. Uren voor lul gesproken met de grote drie en veel geregel, georganiseer en gezoek naar de uit te nodigen amateurbestuurders. Want dat is verre van goed georganiseerd, zo bleek. Kortom: nada, niente en zeker niet ‘Alleen Maar Winnaars!’. Er is inderdaad nog een wereld te winnen.